Achtergrond

Het HIV virus is een virus dat het immuunsysteem van patiënten aanvalt. Hierdoor worden patiënten steeds vatbaarder voor onder andere infecties. AIDS is de laatste fase van HIV, waarbij het immuunsysteem van de patiënt niet meer in staat is om infecties en andere ziekten te bestrijden. De verwachting is dat de meeste patiënten met AIDS/HIV onder behandeling zijn van een medisch specialist. Er zijn speciale HIV centra in Nederland, zowel voor volwassen (n=24) als voor kinderen (n=4). De behandeling bestaat soms uit een dubbele behandeling, maar meestal uit een tripeltherapie.

Gebruikte zorgstandaarden/richtlijnen of andere informatie over de behandeling

  • Richtlijn HIV van Nederlandse Vereniging van HIV behandelaren1
  • Farmaceutische kostengroepen risicoverevening

Bepaling

DBC medisch specialistische zorg

Code specialisme

Diagnosecode

Omschrijving

322

1513

Tuberculose en HIV

322

1522

Infecties met Non Tuberculeuze Mycobacteriën en HIV

313

461

HIV infectie met behandelindicatie

313

462

HIV infectie zonder behandelindicatie

316

7802

HIV / AIDS

Add-on geneesmiddelen medisch specialistische zorg
Tot en met 2016 werden de add-on geneesmiddelen gedeclareerd door middel van een declaratiecode. Vanaf 2017 wordt dit gedeclareerd op artikelcode (KNMP-code). Vanaf 2018 zijn daarbij ook indicaties beschikbaar. Dit betekent dat we t/m 2016 gebruik maken van de declaratiecode, in 2017 van de KNMP-code en vanaf 2018 van de indicaties.

Indicaties

Indicatie ID

Korte omschrijving

000000311

Aangeboren aids en recidiverende infecties bij kinderen

000000956

Aangeboren aids en recidiverende bacteriele infecties

000000957

Aangeboren aids en recidiverende bacteriele infecties bij patienten >= 2 jaar

000002975

HIV-1-infectie, virologische suppressie, combi rilpivirine-injectie (Volw.)

000002976

HIV-1-infectie, virologische suppressie, combi cabotegravir-injectie (Volw.)

000003001

Chronische neutropenie bij HIV (Kind 0-18 jaar)

Extramurale geneesmiddelen
Alleen de geneesmiddelen Lamivudine (J05AF05) en Tenofovirdisoproxil (J05AF07) worden niet meegenomen, omdat deze ook een indicatie hebben voor chronische hepatitis B infectie.

ATC code

Omschrijving/Stofnaam

J05AE01

Saquinavir

J05AE02

Indinavir

J05AE03

Ritonavir

J05AE04

Nelfinavir

J05AE07

Fosamprenavir

J05AE08

Atazanavir

J05AE09

Tipranavir

J05AE10

Darunavir

J05AF01

Zidovudine

J05AF02

Didanosine

J05AF04

Stavudine

J05AF06

Abacavir

J05AF09

Emtricitabine

J05AG01

Nevirapine

J05AG03

Efavirenz

J05AG04

Etravirine

J05AG05

Rilpivirine

J05AR01

Zidovudine & Lamivudine

J05AR02

Lamivudine & Abacavir

J05AR03

Tenofovir & Emtricitabine

J05AR04

Zidovudine & Lamivudine & Abacavir

J05AR06

Emtricitabine & Tenofovir & Efavirenz

J05AR08

Emtricitabine & Tenofovir & Rilpivirine

J05AR09

Emtricitabine & Tenofovir & Elvitegravir & Cobicistat

J05AR10

Lopinavir & Ritonavir

J05AR13

Lamivudine & Abacavir & Dolutegravir

J05AX07

Enfuvirtide

J05AX08

Raltegravir

J05AX09

Maraviroc

J05AX12

Dolutegravir

V03AX03

Cobicistat

J05AR14

Darunavir/​Cobicistat

J05AB06

Ganciclovir

J05AB14

Valganciclovir

J05AD01

Foscarnet

J05AR17

Emtricitabine/​tenofoviralafenamide

J05AR18

Emtricitabine/​tenofoviralafenamide/​elvitegravir/​cobicistat

J05AR19

Emtricitabine/​tenofoviralafenamide/​rilpivirine

J05AR20

Bictegravir/​emtricitabine/​tenofoviralafenamide

J05AR21

Dolutegravir/​rilpivirine

J05AR22

Darunavir/​cobicistat/​emtricitabine/​tenofoviralafenamide

J05AR23

Atazanavir and ritonavir

J05AR24

Lamivudine, tenofovir disoproxil and doravirine

J05AX23

Ibalizumab

J05AG06

Doravirine

J05AR25

Dolutegravir/​lamivudine

J05AR15

Atazanavir/cobicistat

J05AJ04

Cabotegravir

J05AX29

Fostemsavir

J05AX31

Lenacapavir

Dieetadvisering

Diagnosecode

Omschrijving

00000029

HIV-infectie/AIDS

Complete patiëntengroep?

1,48 per 1000 verzekerden met HIV/AIDS werden geïdentificeerd o.b.v ZPD gegevens: 84,8% o.b.v. medisch specialistische zorg, 97% o.b.v. farmaceutische zorg, 0,7% o.b.v. add-on geneesmiddelen en 0,1% o.b.v. dieetadvisering. De prevalentie van HIV/AIDS op basis van de HIV Monitoring 2023 is 1,39 per 1000 Nederlanders. Dit komt redelijk goed overeen. Het is echter niet exact bekend hoeveel mensen een HIV infectie hebben in Nederland. Er zijn mensen die niet (willen) weten dat ze zijn geïnfecteerd. Van de patiënten bij wie een infectie is vastgesteld is er zelden iemand die niet behandeld wordt met geneesmiddelen.

Voetnoten

1 Nederlandse Vereniging van HIV behandelaren. Richtlijn HIV - NVHB ; 2016 - laatst bewerkt op 23 okt 2020) – hier wordt verwezen naar de Amerikaanse richtlijn: Richtlijn HIV - Clinical Info HIV Gov