Tabel 1. Sinds 2019 is de instroom groter dan de uitstroom van verpleeghuisbewoners
| Jaar | Uitstroom | Instroom |
|---|---|---|
| 2015 | 47.442 | 39.052 |
| 2016 | 45.967 | 41.173 |
| 2017 | 46.420 | 43.702 |
| 2018 | 48.060 | 47.640 |
| 2019 | 47.250 | 47.683 |
| 2020 | 54.420 | 50.041 |
| 2021 | 51.235 | 52.415 |
| 2022 | 51.832 | 54.879 |
| 2023 | 51.705 | 53.930 |
| 2024 | 52.900 | 54.295 |
De bewonerspopulatie bestaat uit verschillende zorgprofielen. Het grootste deel stroomt in met een beschermd wonen met intensieve dementiezorg (VV5) profiel. Sinds 2019 daalt het aandeel cliënten dat instroomt met een VV4 profiel (beschut wonen met intensieve begeleiding en uitgebreide verzorging), terwijl het aandeel cliënten met een VV9 profiel (herstelgerichte behandeling) of een VV5 profiel toeneemt.
In deze rapportage analyseren we de verblijfsduur van verpleeghuisbewoners met twee benaderingen: de vooruitkijkmethode (tellen vanaf de eerste instroom) en de terugkijkmethode (tellen vanaf de laatste declaratie). De uitkomsten verschillen omdat beide methoden een andere cliëntenpopulatie per jaar selecteren.
Tussen 2015 en 2024 is de verblijfsduur van de totale groep verpleeghuisbewoners (zorgprofielen VV4 tot en met VV10) nauwelijks veranderd. Het aandeel cliënten met een korte verblijfsduur (<3 maanden) is vergelijkbaar met dat van cliënten met een verblijfsduur van 12–24 maanden en >48 maanden (zie Figuur 1 voor vooruitkijkmethode en Figuur 2 voor terugkijkmethode). De vooruitkijkmethode toont daarbij een lichte stijging van het aandeel cliënten met een korte verblijfsduur.

